
10 mei 2025
Mijn kind drukte op de noodknop in een winkel en de hele zaak werd geëvacueerd
‘MAMA, WAT DOET DEZE KNOP?’
Ik had het kunnen zien aankomen. Echt. Het was gewoon zo’n dag. We waren al een uur in de winkel en mijn kind begon zich te vervelen. Dat is altijd het moment waarop er iets misgaat.
Ik stond bij de kassa, bezig met mijn tas, terwijl hij naast me stond, vingertjes die overal aanzitten. En toen zei hij het.
"Mama, wat doet deze knop?"
Mijn hoofd draaide zich om.
Maar het was al te laat.

PÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁÁNG!!!
Een oorverdovende sirene vulde de winkel. Felle lampen begonnen te knipperen. Mensen keken op, verward. Een oudere man liet een doos koekjes vallen. Een medewerker sprong van achter de balie op.
En ik? Ik stond daar, met wijd opengesperde ogen, terwijl mijn kind zijn handje nog op de rode noodknop had.
PANIEK.
Binnen seconden werd de chaos compleet.
"EVACUEREN!" riep iemand "ALLEMAAL NAAR BUITEN!"
Mensen begonnen hun spullen neer te leggen, medewerkers gebaarden wild richting de uitgang. De schuifdeuren gingen wijd open. Een vrouw in een scootmobiel draaide behendig bij. Een jongen liet zijn mandje vallen en sprintte weg alsof zijn leven ervan afhing.
En mijn kind? Die keek me doodleuk aan. "Mama, ik denk dat de winkel stuk is."
Ik was in shock. "WAAROM DRUK JE OP KNOPPEN ALS JE NIET WEET WAT ZE DOEN?!"
"Omdat ik wilde weten wat hij deed."
Tuurlijk. Logisch. Waarom had ik dat niet zien aankomen?

De winkelmedewerker keek me aan alsof ik een misdadiger was.
Terwijl de laatste klanten naar buiten schuifelden, kwam een norse man in een bedrijfsshirt op me af. "We hebben een protocol, mevrouw." "Dit is een noodsituatie."
Een noodsituatie.
Door mijn kind, die besloot om de winkel eens goed te testen.
"Het spijt me" stamelde ik, "Ik lette even niet op."
Hij kneep zijn ogen samen. "Daar zeggen we niks op." "Maar dit is wel serieus, de brandweer komt eraan."
De BRANDWEER?
Ik wilde verdwijnen.
De brandweer arriveerde en mijn kind was trots
Twee minuten later stopte een gigantische rode wagen met zwaailichten voor de winkel. Een paar stoere brandweermannen stapten uit. Mijn kind begon te springen van enthousiasme.
"YESSS!" "Brandweermannen!" riep hij: "Gaan ze de winkel blussen?"
Ik wilde hem smeken om te stoppen met praten.
De brandweercommandant liep op ons af, de medewerker wees direct naar mij. "Vals alarm". "Kind drukte op de knop."
De brandweerman knikte begrijpend: "Ach ja, gebeurt vaker dan je denkt."
Ik lachte als een boer met kiespijn: "Eh… ja, sorry."

Ik mocht de winkel niet meer in.
Na een preek over noodsignalen en valse alarmen werd de situatie uiteindelijk opgelost. Geen boete. Geen rekening. Alleen een diep, diep gevoel van schaamte.
De winkelmanager was minder vergevingsgezind: "Ik denk dat het beter is als u en uw zoon hier voorlopig niet meer komen."
Dus ja. Dat was het.
Een levenslang winkelverbod door een nieuwsgierige kleuter met losse handjes.
En mijn kind? Die was zó blij met zijn brandweer avontuur dat hij op de terugweg vroeg of we morgen weer konden gaan.