10 november 2006 door Wilma Vogels

Enkele reis jeugdgevangenis

Wat moet je nou, als je alle controle over je kind verloren hebt? Wilma Vogels is het oneens met onze kinder- en jeugdpsychiater Aleid Grijpma en geeft aan waarom.

Onder de mensen die nauw betrokken zijn bij Stichting Misplaatst, is geschokt gereageerd op het advies van Aleid Grijpma in de vraagbaak van 20 oktober jongstleden aan een moeder met een ontsporende dochter. Zie: Mijn dochter ontspoort en ik vind nergens gehoor. Waar kan ik nog terecht? (15 jr).

Stichting Misplaatst is een organisatie die zich inzet voor kinderen die om civiel-rechtelijke (dus niet strafrechtelijke) redenen in een jeugdgevangenis geplaatst zijn. Wij herkennen in het advies de eerste stap die leidt naar plaatsing in een justitiële jeugdinrichting, zonder behandeling.

"Erin geluisd"

De stichting heeft onlangs een zwartboek uitgegeven dat te vinden is op www.misplaatst.info. We hebben 74 verhalen uitgebreid geanalyseerd. Eén van die analyses betrof de weg voorafgaand aan de plaatsing. Vanuit het gezichtspunt van de ouders is die weg het beste te karakteriseren met "ik ben erin geluisd", zoals een ouder zegt.

Dat 'erin luizen' begint met een voorstelling van de bijdrage van een gezinsvoogd zoals Aleid Grijpma die omschrijft. Welke ouder zou zo'n 'hulpverlener' niet willen, iemand die je helpt om het ouderlijk gezag te herstellen bij een kind waar je alle greep op kwijt geraakt bent?! Prima toch? Maar die voorstelling doet geen recht aan de werkelijkheid.

Gezinsvoogd

Een gezinsvoogd komt binnen op het niveau van het ouderlijk gezag. Officieel houdt een ouder het ouderlijk gezag, maar bij verschil van mening (en dat kan ook een verschil van mening zijn over de gewenste hulpverlening) kan een gezinsvoogd een aanwijzing geven – wat nauwelijks gebeurt – of een machtiging tot uithuisplaatsing aanvragen bij de rechter, wat vaak gebeurt. De rechter volgt het advies van de gezinsvoogd vaak op.

Een gezinsvoogd is geen hulpverlener. Een gezinsvoogd is daar ook niet voor opgeleid. Of een gezinsvoogd de kwaliteiten van een hulpverlener heeft, is afhankelijk van individuele vaardigheden, levenservaring en rol-opvatting. Het grote patroon is dat een gezinsvoogd staat voor 'het belang van het kind' en niet voor de ouders. Deze lijn wordt op dit moment juist sterker aangezet in de discussies rond 'Beter beschermd' en in het advies 'Kinderen eerst'.

Wat is het probleem?

Aleid Grijpma geeft de moeder terecht het advies om te zorgen voor een deugdelijke diagnose. Op zich is het wel tragisch dat de moeder al zo lang aangeeft dat er problemen zijn met haar dochter, en nog steeds geen goede diagnose heeft. Aleid Grijpma maakt zelf een voorzichtige inschatting van wat het probleem zou kunnen zijn. Ik kan haar daarin volgen, ook in de ernst die zij geeft aan de problemen.

Ik poneer even een andere stelling, die ook goede papieren heeft: het échte probleem is dat er eigenlijk geen deugdelijke behandeling is voor de problemen van de dochter. Dat uit zich mijns inziens in:

  • de talrijke en vruchteloze pogingen van de moeder om een diagnose te krijgen;
  • het gebrek aan medewerking als de moeder hulp gaat zoeken op de diagnose ODD (ik vermoed dat de toevoeging 'CD' de moeder niet zal helpen in dit opzicht);
  • de gesprekken die nu plaatsvinden op advies van een jeugdhulpinstelling, maar die geen resultaat hebben in de thuissituatie.

Het uit zich ook in het advies van Aleid Grijpma zelf. Ze adviseert gezinsbegeleiding: "Uzelf moet leren hoe u de ouderlijke macht weer in handen kunt krijgen, en uw dochter moet leren om zich weer aan de regels te houden (wat overigens niet eenvoudig zal zijn, als iemand zich al jaren daaraan onttrokken heeft)."

Was dat dan het probleem? En als het al jarenlang aan de gang is, terwijl de moeder nog meer jaren al om hulp vraagt, waarom is de moeder dan niet eerder geholpen? Het komt op mij over als tegen een lamme zeggen: "weet u wat u moet doen, u moet leren lopen".

Met dit advies wordt een route ingeslagen die wij in het zwartboek uitvoerig beschreven hebben, en die uiteindelijk eindigt in de jeugdgevangenis. Een plek waar deze kinderen overduidelijk niet thuishoren, omdat het geen criminelen zijn en omdat ze er niet behandeld kunnen worden.

Eerlijke voorlichting

Het zou toch iets eenvoudiger kunnen zijn. Als er een manier is waarop ouders goed om kunnen gaan met kinderen met ODD/CD (of zelfs door hun wijze van opvoeding deze gedragsproblemen hadden kunnen voorkomen), vertel dat dan. De moeder vraagt om niets anders dan dat.

Natuurlijk moet die diagnose eerst gesteld worden, maar je mag wat mij betreft ook tips lenen van diagnoses die wellicht niet voor je kind gelden, maar wel bruikbare omgangstips opleveren.

Als er behandeling in een gespecialiseerd behandelcentrum nodig is, waar wachtlijsten voor zijn, vertel dat dan, en bespreek hoe mensen ervoor kunnen zorgen dat ze op die wachtlijst komen en wat ze ondertussen kunnen doen.

Als behandeling alleen maar mogelijk is in een gesloten setting, geef ook dat dan aan, en vertel er eerlijk bij hoe dat nu georganiseerd is in Nederland, zodat ouders weten wat hen te wachten staat.

Alternatieve wegen

Mijn advies aan deze moeder zou zijn:

1. ga zelf goed na hoe het probleem er volgens jou uitziet. U gaf aan dat het probleem op de middelbare school uit de hand ging lopen. Wat was dat dan?

2. als je iets herkent in bestaande diagnoses, zoek dan lotgenoten en praat met hen;

3. laat uw kind serieus onderzoeken;

4. vraag kritisch door op de behandelmogelijkheden: zijn ze realistisch, zijn er wachtlijsten voor, kun je thuis niet alvast iets doen met tips in een bepaalde richting?

5. verdiep u in de alternatieven. Denk bijvoorbeeld aan eigen-kracht-conferentie als organisatievorm, FFT of MST als ambulante begeleiding, en een PGB als financieringsbron. Denk ook aan projecten op zorgboerderijen, projecten in Frankrijk, etc.

6. redeneer achteruit. Waar bent u bang voor? (Bijvoorbeeld voor loverboys?) Zoek dan uit wat voor projecten daarvoor zijn, en kijk welke tips daar gegeven worden ter preventie;

7. probeer een OTS te voorkomen en laat je daarin bijstaan door vertrouwenspersonen zoals het AKJ of Zorgbelang. Dat betekent wel dat u veel zelf zult moeten doen;

8. in de nieuwe wet op de gesloten jeugdzorg kun je via BJZ zelf de rechter vragen om een machtiging tot gesloten plaatsing (als dat nodig mocht zijn). Die nieuwe wet treedt waarschijnlijk in werking op 1 januari 2007. U moet er sterk voor in uw schoenen staan, maar als u het aankunt, hebt u daarna wel zelf controle over de kwaliteit van de hulpverlening aan uw dochter;

9. ergens kan een punt komen waarop u zich realiseert dat het met uw dochter niet vanzelf goed zal komen, maar dat er weinig is wat u nog kunt doen. Op dat moment kunt u voor uzelf nieuwe afwegingen maken als het gaat om de verdeling van uw energie, uw aandacht en uw zorgen. Wellicht komt u dan zelf ook meer in beeld, evenals de overige gezinsleden, en kan er iets meer evenwicht ontstaan in het gezinsleven. Nu is de jongste dochter de (negatieve) spil van het gezin. Dat zou anders moeten. Er zit vast ergens positieve kracht. Dat zou weer de spil moeten worden. Daarmee is uw dochter niet geholpen, maar u wel.