5 december 2008 door Channah Zwiep

Hoe communiceer ik met school over de seksuele nieuwsgierigheid van mijn zoontje? (4 jr)

Mijn zoontje is in februari 4 jaar geworden en gaat sindsdien naar school en twee dagen in de week naar de na-schoolse opvang. De opvang bevindt zich in het hetzelfde gebouw als de school en zelfs op dezelfde gang als de klas van mijn zoontje.

Er hebben zich nu drie situaties voorgedaan waarbij mijn zoontje op het toilet was met andere kindjes van zijn leeftijd:

- een keer met een jongetje, waarbij ze aan elkaars piemeltje geroken zouden hebben;

- nog een keer met ditzelfde jongetje, maar er zou op zich niets gebeurd zijn behalve dat ze met elkaar in het zelfde hokje stonden;

- en onlangs met een meisje dat haar broekje naar beneden had en haar billen aan mijn zoontje liet zien.

De eerste twee keren heeft het andere jongetje aan zijn juf respectievelijk zijn moeder verteld over het voorval en in het laatste geval zijn mijn zoontje en dit meisje 'betrapt' door een pedagogisch medewerker van de opvang.

Ik vind het gedrag van mijn zoontje bij hem passen. Hij is extravert, onderzoekend, nieuwsgierig, zintuiglijk ingesteld en al sinds zijn 2e jaar geïnteresseerd in zijn lijfje en zijn piemel.

Thuis proberen wij ons kind de vrijheid te geven om zich te ontwikkelen, maar tegelijkertijd proberen we wel de norm aan te geven over hoe hij zich moet gedragen. Dus ook op dit terrein.

Zowel de juffrouw als de opvang hebben dit gedrag met mijn kind besproken. Ze hebben hem verteld dat dit dingen zijn die je niet met elkaar doet.

Eigenlijk voel ik een soort druk van de school en de opvang. Alsof mijn kind een bepaalde reputatie aan het opbouwen is, en zich afwijkend zou gedragen. Met ons (ouders) als zondebok.

Zelf heb ik de indruk dat er niets raars gebeurd is wat niet leeftijdsadequaat is. Mijn kind zal echter wel moeten leren hoe hij zich moet gaan gedragen op dit gebied. Daarom hebben we met hem afgesproken:

- dat de wc alleen is om de poepen en te plassen dus niet om te spelen;

- dat je in je eentje naar de wc gaat, zonder andere kinderen;

- dat je "bezet" roept als dat nodig is;

- dat je niet aan andermans lijf zit, en andersom.

Blijkbaar heeft dit zijn gedrag nog niet beïnvloed.

Mijn vraag: hoe kan ik een opbouwend gesprek aangaan met de school en de opvang? Kan ik hen verantwoordelijk maken voor het toiletbezoek van mijn zoon en andere kinderen, dus dat er toezicht is op de frequentie en de wijze van toiletgebruik?

Mijn zoontje vertelde niet uit zichzelf dat genoemde situaties zich hebben voorgedaan. Misschien komt dat doordat hij zich geremd voelt en ook schaamt door de manier waarop er met hem over de situaties is gesproken. Het heeft echter geen remmend effect op zijn gedrag.

Kortom: zelf wil ik er eigenlijk geen ophef over maken, maar de school en de opvang hebben mij de boodschap meegeven dat het gedrag van mijn zoontje moet ophouden. Wat moet ik doen?

Antwoord

Zoals u zelf al zei, past het gedrag van uw zoontje helemaal bij zijn leeftijd. Dus als u niet wilt dat seksualiteit voor hem een negatieve lading krijgt – door de manier waarop de leerkracht en de pedagogisch medewerkster reageren op zijn gedrag – dan moet u daarover een open gesprek met ze aangaan.

Hieronder zal ik u een aantal tips voor dat gesprek geven. Maar eerst even een korte beschrijving van datgene wat er nu eigenlijk gebeurd is.

Aanraken

De meeste kinderen vinden het enorm spannend om zichzelf of elkaar aan te raken. Zo experimenteren ze met de gevoelens die dat oproept, wat door de meeste deskundigen wordt opgevat als een vanzelfsprekend onderdeel van de seksuele ontwikkeling. Die ontwikkeling is minstens zo belangrijk als leren lopen en praten!

Maar: omdat kinderen heel goed aanvoelen dat volwassenen dit soort gedrag niet zo op prijs stellen, zullen ze het doen waar bloot 'functioneel' is. Op de wc of in bad bijvoorbeeld.

Niet zo vreemd

Thuis geeft u uw zoontje de ruimte voor zijn nieuwsgierigheid. Zonder er een punt van te maken legt u hem bovendien uit waar de grenzen liggen van zijn gedrag. Allemaal prima.

Toch blijft uw zoontje doorgaan met datgene waarvan u en de school tegen hem gezegd hebben dat het niet de bedoeling is. Dat is niet zo vreemd. Al dat onderzoeken en ontdekken bij andere kinderen is waarschijnlijk zó spannend voor hem dat de boodschap van zijn opvoeders niet meteen aanslaat.

Tips voor het gesprek

Gewapend met deze kennis kunt u het gesprek aangaan. Daarvoor kan ik u het volgende aanraden:

  • betrek ook uw partner erbij;
  • vraag of ook de ouders van de andere kinderen (het jongetje en het meisje) bij het gesprek aanwezig kunnen zijn;
  • leg uit dat u het gedrag van uw zoontje als een normaal onderdeel van zijn seksuele ontwikkeling ziet. En dat u wilt praten over hoe u dit samen positief kunt begeleiden.

U kunt ervan uitgaan dat de school en de opvang verantwoordelijk zijn voor het gedrag van de kinderen in de groep (en dus ook voor het bijsturen daarvan, als dat nodig is). Dat is hun taak en niet die van u. Wel kunnen jullie natuurlijk afspraken maken om één lijn te trekken over wat wel en niet toelaatbaar is, en hoe je daarmee omgaat.

Niet straffen

Kinderen van deze leeftijd moeten zo veel mogelijk positief (dus niet bestraffend) benaderd worden, als het om seksuele ontdekkingstochten gaat. Uw kind moet immers niet de boodschap meekrijgen dat zijn spel raar of vies is.

Voor professionele opvoeders (school en opvang) gelden de volgende basisprincipes, die u in een of andere vorm misschien ter sprake kunt brengen in het gesprek dat u gaat voeren:

  • maak seksueel getint gedrag niet te groot. Je kunt het op dezelfde manier corrigeren als neuspeuteren of speelgoed van elkaar afpakken;
  • geef aan waar en wanneer een kind wél mag doen wat het school niet mag (bijvoorbeeld thuis);
  • wees consequent en blijf herhalen;
  • wees geduldig. Ongewenst gedrag neemt na enige tijd vanzelf af maar dat kost wel tijd;
  • bespreek sociale omgangsregels in de klas. Die regels gelden óók op het gebied van seksualiteit.

Ouderavond

Ten slotte nog dit. De reden dat dit onderwerp vaak tot moeilijkheden leidt, is dat professionele opvoeders bang kunnen zijn voor de reacties van andere ouders.

Maar ook daar kun je opbouwend mee omgaan. De school kan bijvoorbeeld een ouderavond over de seksuele ontwikkeling van kinderen organiseren.